Die Maya’s, dát waren pas trendwatchers. Toen al wisten ze dat het geen zin zou hebben om na 21 december 2012 nog kalenders te maken, want wie heeft nog een kalender nodig wanneer de wereld er niet meer is. En het is bijna zo ver: het einde van de wereld is in zicht. Neeeee, natuurlijk niet echt, al zijn er heel wat pubers die zweterige angstdromen hebben over de inmiddels beruchte, door de Maya’s voorspelde D-day.

Maar dat de Maya’s ongelijk hebben over de 21ste, betekent niet dat de wereld niet kan vergaan. Er zijn talloze manieren waarop we massaal aan ons einde kunnen komen en de planeet met ons. Met behulp van een van mijn favoriete sites, Wikipedia en de rest van het web deel ik graag mijn meest favoriete End of Days scenario’s met je, zodat je iets nieuws hebt om je druk over te maken vanaf 22 december. Jawel, geen dank is nodig!

Elke dag één killer-optie. Veel plezier.

Zombies

Dawn of the dead, Day of the Dead, The walking dead. Gefascineerd zijn we, door de levende doden, we kunnen er maar geen genoeg van krijgen. Half verrotte, langzaam schuifelende (of snel rennende) stinkzombies. Jesses, ik háát zombies. Ik kan het dan ook niet laten om één deel van deze serie aan hen te wijden.

“Maar zombies bestaan niet..!” Oh gij, met zo weinig fantasie, dat weet ik toch wel. Maar dat betekent niet dat we niet kunnen fantaseren over zombie-achtige scenario’s. Ik werp er direct een paar op.

Insect-zombies

Stel je bent een mier in Brazilië…ik geef je even wat tijd…heb je hem? Oké, je bent dus een Braziliaanse mier en je bent geïnfecteerd met een hele specifieke schimmel, namelijk de Ophiocordyceps unilateralis. Dat weet je zelf natuurlijk niet, je bent immers een mier en nu Braziliaans en je leest geen Nederlands. Maar ik kan je garanderen dat je een groot mierendrama staat te wachten.

Je weet als mier wat je taak is, welke rol je speelt in de kolonie. Maar opeens lijkt dat niet zo heel belangrijk meer. Plotseling overvalt je de allesoverheersende behoefte om uit de veilige boom te klimmen waar je normaal leeft, een plant te zoeken en erin te klimmen. Je bijt je vast in een van de bladeren, die zo´n 25 cm boven de grond moet hangen – dat vind je opeens heel belangrijk. Daar sterf je. Maar het is daarmee nog niet voorbij. De schimmel die je uit de kolonie heeft verdreven leeft  namelijk nog wel en gebruikt je lichaam als voeding. Uit je hoofd groeien de sporen van de schimmel. Als je nog had geleefd had je gegruweld, want die sporen vallen uiteindelijk weer op andere mieren, je familie, die nu gedoemd zijn tot hetzelfde lot.

Gelukkig ben je geen mier. En gelukkig doet Ophiocordyceps unilateralis jou geen kwaad. Gebruikt de schimmel je niet als zombie met maar één doel voor ogen: “Zoek een plant…!” Wat natuurlijk niet helemaal hetzelfde is als “Braaaains”, maar als je een mier was had je op televisie gekeken naar films met titels als Day of the fungus, Dawn of the fungus etcetera. En vergeet niet dat het regenwoud vol zit met allerlei moois dat nog ontdekt moet worden. Wie zegt dat deze schimmel geen nog slapende neef heeft, die wel mensen infecteert. En wie kan voorspellen wat voor gedrag dat bij ons op zal leveren? Ik niet, maar dat het freaky zal zijn staat vast.

Toxoplasmose

Stel nu dat je een muis bent. Als mier je gemakkelijk afging, dan is muis een eitje. Je bent dus een muis en bent op zoek naar eten met wat van je muizenvriendjes. In de verte zie je een kat op je afkomen, uh oh. Je muizenvriendjes maken dat ze wegkomen. Maar jij bent op de een of andere manier totaal niet bang. Sterker nog, in plaats van het hazenpad kies je ervoor om direct op de kat af te lopen. Kom op, alles is uit te praten, denk je bij jezelf. Het is zo ongeveer je laatste gedachte. Het volgende moment ben je kattenspeelgoed en nog even later ben je dood, een cadeautje voor de vrouw des huizes, te vinden wanneer zij thuis komt van haar werk.

Wat je niet wist – als muis is googelen nou eenmaal best lastig – is dat je besmet bent door de eencellige parasiet Toxoplasma gondii en dat deze parasiet zich het meeste thuisvoelt in een kattenlijf. De parasiet heeft je gebruikt als aas en je gedrag zodanig beïnvloed dat je echt even dacht dat de huiskat je beste vriend was.

Maar goed, je bent geen muis natuurlijk. Opgelucht? Stop daar maar mee! 70 tot 80% van de mensen is in zijn leven eens besmet met toxoplasmose. En ook in mensen weet de parasiet gedrag te veranderen. Zo schijnen mensen die besmet zijn meer risico’s te nemen, vertraagt hun reactiesnelheid en hebben ze twee keer zoveel kans op een ongeluk in het verkeer. Ook leuk: niet alleen zijn mensen die lijden aan schizofrenie vaker dan gemiddeld besmet, maar volgens één theorie zijn lijders ook eerder geneigd een kat als huisdier te nemen: de geboorte van het kattenvrouwtje!

Een geruststelling – nu je zo naar je kat zit te pieren – hoewel het percentage mensen dat ooit eens besmet is met toxoplasmose nogal hoog ligt, ligt het percentage mensen dat actief lijdt aan de besmetting op tientallen procenten. Iets minder goed nieuws: ben je ook besmet, dan kan die besmetting weer oplaaien op momenten dat je afweer zwak is door bijvoorbeeld een besmetting met HIV of drugsverslaving.

Word je er een zombie van? Nou ja, de muis is wel de bitch van de besmetting en zijn gedrag verandert zo drastisch dat het sterker is dan zijn natuurlijke en meest primaire instincten. Wat het precies bij mensen doet, is nog niet helemaal duidelijk. En hoewel het je misschien niet tot leven wekt na je dood, controleert het je gedrag dus wel. Best wel zombie-achtig dus.

Rabiës

Wie Cujo heeft gelezen is een gelukkig, maar licht verontrust mens. Je kent het verhaal wel: de goedhartige én reusachtige Sint Bernard hond die wordt gekrabd door een met rabiës besmette vleermuis en daarop verandert in een monster dat maar aan één ding denkt: “Dood de mensen”.

Wat een focus en een die doet denken aan die van zombies en hun zeer eenzijdige gedachten over braaaaains.

Rabiës is geen geinige kwestie. Raak je besmet, dan merk je daar maanden, soms zelfs jaren helemaal niks van. Maar op enigerlei moment is het feest. Het start met koorts, overgeven en het verdwijnen van de eetlust. Vergeet ook de barstende koppijn niet en veel pijn op de plek waar je bent gebeten.

En dat is nog maar het begin..

In de tweede fase (de neurologische fase) kun je moeite krijgen met slikken, wat op z’n minst oncomfortabel is. Daarnaast worden sommige zieken doodsbang voor water. Sowieso word je licht gestrest en hyperactief. Je krijgt de behoefte om te bijten en wordt vreselijk boos. Dit komt waarschijnlijk doordat je aan het hallucineren bent en vreselijk verward over de wereld om je heen. Niet lang daarna ga je dood. Als rabiës niet direct wordt behandeld is dat in 100% van de gevallen de uitkomst. Wat een feest.

Heb je het goed gelezen? Beschreef ik daar nou een zombie? Geef toe, er zijn overeenkomsten! Een klein gelukje bij een rabiës-zombie. Tussen het  moment dat hij zich zombie-achtig begint te gedragen tot het moment dat hij sterft zit maar een korte periode. De kans dat hij in die tijd heel veel anderen kan besmetten is niet zo groot. Nog niet…want virussen – en dat is rabiës – kunnen muteren. Helemaal veilig zijn we dus niet.

Meer lezen?

 

 

0 Shares:
Dit artikel is 3.496 keer gelezen